Seven summits: een ervaring op ieder continent

Dick Bass

Er zijn maar weinig sporten waarin er zo gefixeerd wordt op een bepaald doel als in de bergsport. Tientallen jaren hielden alpinisten zich bezig met het bedwingen van de hoogste toppen in de Himalaya die nooit eerder waren veroverd. Het werd een race tussen landen die doorging tot halfweg de twintigste eeuw, tot Shishapangma als laatste 8000'er in 1964 werd bedwongen. Zoals je kan raden moesten bergsportliefhebbers op zoek naar een nieuwe uitdaging. Het was Dick Bass, een rijke zakenman en onervaren klimmer, die op het idee kwam om in één jaar tijd de hoogste berg van ieder continent te beklimmen. De Seven Summits zoals hij het zelf noemde. Een uitdaging die hij startte met het bedwingen van Vinson (Antarctica), Aconcagua (Zuid-Amerika), Denali (Noord-Amerika), Elbrus (Europa), Kilimanjaro (Afrika) en Kosciuzko (Australië). Het was echter pas bij zijn derde poging in 1985 dat hij de top van Everest wist te behalen en zo de reeks volmaakte.

Messner versus Bass

Tot op vandaag zijn bergklimmers het er nog niet over eens welke zeven bergen er nu echt tot de Seven Summits behoren. Zo beschouwde Bass Kosziusko als de vertegenwoordiger van het continent Australië. Dat terwijl de Italiaan Messner beweert dat Carstenz Pyramid in Papoea-Nieuw-Guinea het continent Oceanië representeert. Ondertussen spelen de meeste klimmers op safe en beklimmen ze beide bergen.

Zeven bergen, zeven continenten, zeven ervaringen

Zijn de Seven Summits de moeilijkste bergen ter wereld om te bedwingen? Verre van. Ironisch genoeg is de lijst om de tweede hoogste berg van ieder continent te beklimmen een heel stuk moeilijker. Zo is de K2 nauwelijks minder hoog dan Everest maar wel veel technischer. En die vergelijking gaat op in de meeste continenten. Toch blijft het streven naar de Seven Summits voor iedere klimmer het grootste doel. Een klimmer is nu eenmaal altijd gefixeerd op het hoogste.